U bent hier:

Studentenstruggles: Britt Haug

01/03/2021

Waar verhalen over extra-curriculaire activiteiten en excellentie trajecten dagelijks door het Espressobargebied galmen, heerst er een grote stilte rondom problemen waar studenten dagelijks mee worstelen. Je studie met gemak doorlopen lijkt de standaard en herkansingen of twijfel over je studiekeuze zijn een verboden woord. Dit kan én moet anders en daarom is de rubriek ‘Studentenstruggles’ in het leven geroepen. Hierin doen professionals en ervaringsdeskundigen maandelijks hun verhaal over zaken waar zij veel ervaring mee hebben of zelf mee hebben gedeald.  Deze maand: Britt Haug, tweedejaars geneeskundestudent, over het opnieuw doen van haar eerste jaar en het contact met de studieadviseur en examencommissie hierover.

Je ziet de examencommissie meteen met een slecht beeld, met een angstzaaicultuur en niet met een positief beeld - Britt Haug, tweedejaars geneeskundestudent

‘Wanneer wist je tijdens je eerste jaar dat je waarschijnlijk nog een aantal vakken opnieuw moest doen?’
‘Ik wist het pas op het allerlaatste moment. Ik heb in totaal 42 punten gehaald. Voor 1C2 had ik een 5,4 waardoor ik net mijn BSA niet had gehaald. Dit was de boosdoener.’

‘Vond je het moeilijk om te accepteren?’
‘Nee, ik was allang blij dat ik mocht blijven. Ik was bang voor de examencommissie. Ik liep al bij de studieadviseur, en daar moest ik bewijs inleveren waarom ik mijn studiepunten niet had gehaald. Ik hoorde pas 16 augustus dat ik niet naar de hoorzitting moest. Alles verliep heel last minute.'

‘Had je al andere plannen gemaakt?’
‘Nee, want ik dacht niet dat ze mij op drie punten zouden wegsturen.’

‘Hoe reageerden je vrienden?’
‘Ik had het er niet echt met mensen over, want iedereen ging er wel vanuit dat je het zou halen. Ik heb nooit negatieve signalen ontvangen. Mensen kwamen wel naar mij toe om een lotgenoot te zoeken als ze een tentamen niet hadden gehaald, want ze gingen er vaak vanuit dat ik het ook niet had gehaald. Mijn familie begreep er helemaal niks van omdat zij nooit op de universiteit hebben gestudeerd. Ze begrepen niet dat ik het niet haalde. Ze dachten dat ik teveel buiten mijn studie deed en te weinig studeerde. Nu snappen ze wel gelukkig dat het niet alleen maar aan mij ligt.

‘Hoe was het contact met de universiteit hierover?’
‘Ik heb het contact met de universiteit soms als niet zo fijn ervaren. De studieadviseurs konden vaak niet zoveel doen en konden niks beloven. Het enige wat zij deden was informatie doorspelen naar de examencommissie. Daarom was ik heel lang in angst of ik mocht blijven. Ik wist niet wie de examencommissie was en vond het lastig dat deze mensen over mijn toekomst zouden beslissen. Ik vond het ook lastig dat ik zoveel bewijs moest inleveren. Ik kreeg het gevoel dat ik pas bij het inleveren van een volledig patiëntendossier niet naar de hoorzitting moest. Dit vond ik wel een inbreuk van mijn privacy.

‘Dit lijkt me wel moeilijk, want wat vindt de examencommissie goed genoeg?’
‘De examencommissie moest aan de hand van bewijs geloven dat mijn situatie echt was. Een briefje van de huisarts was daar te weinig voor. Dit vond mijn huisarts zelf al raar.’

‘Ik snap ergens ook wel de examencommissie, want mensen moeten niet misbruik maken van deze regeling en de situatie.’
‘Ik begreep wel waarom in informatie moest inleveren, maar vond het heftig dat het alsmaar niet genoeg was. Het eerste moment dat ik naar de studieadviseur ging, kreeg ik al meteen te horen dat ik beter kon stoppen. Ik had op dat moment alleen 1A1 niet gehaald. Was herkansen dan zo erg? Sommigen konden drie dagen van tevoren beginnen met leren en een zes halen.’

‘Ken je mensen die dezelfde situatie hadden?’
‘Wel enkelen, maar het is zeldzaam. Ik voelde mij wel gesteund door de mensen om mij heen. Ik kende ook mensen die alles moesten herkansen maar die wel alles uiteindelijk haalden.’

‘Hoe was het om in een nieuwe cohort te komen?
‘Ik kende weinig mensen in mijn cohort. Ik was een typische spookstudent, aangezien ik geen studiegroep had. Ik trok vooral op met mijn commissie, de barcommissie.’

‘Had je dingen anders willen doen?’
‘Ik vond het zelf niet erg om in het diepe gegooid te worden. Via mijn commissie leerde ik via via mensen kennen. Misschien had ik opnieuw op eerstejaarsweekend willen gaan. Als je het eng vind om in het diepe gegooid te worden is het wel heel erg vervelend om je jaar opnieuw te doen.’

‘Kijk je er tegen op als je vrienden in hun master zitten en jij in je derde jaar?’
‘Nee, ik zie ze waarschijnlijk toch wel buiten geneeskunde.’

‘Hoe gaat je jaar nu? Heb je vertrouwen dat je alles gaat halen?’
‘Mijn zelfvertrouwen rondom tentamens is wel slecht geworden. Ik ben nu met de studieadviseurs in gesprek hoe ik het beste mijn tentamens kan halen en ben op ADD getest. Hoe vaker je een tentamen moet herkansen, hoe lager je zelfvertrouwen wordt. Ik haal ook geen diepe onvoldoendes, dus je weet niet wat je fout doet. Tentamens zijn soms hoe goed je een vraag kan beantwoorden en niet hoe goed je de stof weet. Sommige vragen zijn zo specifiek.'

‘Wat geef je als tip aan mensen die in dezelfde situatie zitten?’
'Ik zou eerst bekijken waar het probleem ligt en of het haalbaar is om de studie door te zetten. Soms kan je ook kijken naar een andere studie. Als je een kleine onvoldoende haalt en het praktisch goed doet, trek dan snel aan de bel bij een studieadviseur. Ook zou ik zeker adviseren om erover te praten.'

‘Heb je concreet iets gehad aan de studieadviseur?
‘Concreet geven ze niet echt tips voor de studie geneeskunde. Ik snap ook wel dat ik samenvattingen moet schrijven, maar dan moet het tentamen niet woord voor woord tentamineren. Ik had ook wel behoefte aan bijlesdocenten, en dat heb je gewoon niet. Een tentamentraining kan ik niet betalen.
Als opleiding kan je winst behalen om studenten aan te leren hoe je de stof het beste kan leren voor een tentamen. Je hebt een mentor, een coach en een studieadviseur, maar die begrijpen niet waar het probleem precies ligt.'

‘Er moet dus eigenlijk een bijlesdocent zijn of iemand met wie je een tentamen kan oefenen voor handvaten.’
‘Eigenlijk wel, je wilt in een lokaal zitten en samen tentamens maken en die dan bespreken. De manier van tentamineren gaan ze toch niet aanpassen dus ik moet mijzelf aanpassen.’

‘Ik vind het interessant om jouw beeld te horen over de examencommissie.’
‘Je ziet de examencommissie meteen met een slecht beeld, met een angstzaaicultuur en niet met een positief beeld. Er moet een laagdrempeliger meldpunt zijn, want de studentenraad is een te grote entiteit. Het zou ook chill zijn om docenten zelf te benaderen en constructieve feedback te geven.’

Partners