U bent hier:

Studentenstruggles: Lotte

04/05/2022

Waar verhalen over extra-curriculaire activiteiten en excellentie trajecten dagelijks door het Onderwijscentrum galmen, heerst er een grote stilte rondom problemen waar studenten dagelijks mee worstelen. Je studie met gemak doorlopen lijkt de standaard en herkansingen of twijfel over je studiekeuze zijn een verboden woord. Dit kan én moet anders en daarom is de rubriek ‘Studentenstruggles’ in het leven geroepen. Hierin doen professionals en ervaringsdeskundigen maandelijks hun verhaal over zaken waar zij veel ervaring mee hebben of zelf mee hebben geworsteld. Deze maand: Lotte Ruigrok, tweedejaars Geneeskundestudent, over haar slechtziendheid en haar leven als student met een functiebeperking.

‘Kun je jezelf voorstellen en vertellen wat jouw verhaal is?’
‘Ik ben Lotte en ik ben slechtziend. Er zijn verschillende dingen tijdens de embryonale ontwikkeling niet goed gegaan. Ik mis een deel van mijn netvlies en ik heb een nystagmus. Ik zie maar 25% in totaal, met één oog zie ik zelfs maar 12%. Waar anderen details op 10 meter afstand zien, zie ik die pas vanaf 2,5 meter afstand. Ik heb dit sinds mijn geboorte. De slechtziendheid blijft momenteel stabiel en het verergert gelukkig niet.’

‘Ik draag een bril, en soms denken mensen dat mijn bril het probleem oplost. Dit doet het gedeeltelijk maar zeker niet volledig. Mensen vragen zich dan af waarom ik nog steeds een bril draag als het toch niet werkt. De bril maakt het iets rustiger voor mijn ogen en zorgt ervoor dat ik minder snel hoofdpijn krijg of moe word. De bril zelf heeft niet eens een hoge sterkte. Ik kan dan ook prima zonder mijn bril, ik word dan wel sneller moe.’

'Hoe zie jij de wereld?'
'Die vraag krijg ik wel vaker en vind ik lastig te beantwoorden. Omdat het een aangeboren afwijking is, heb ik geen vergelijkingsmateriaal van wat normaal is en dat maakt het lastig te omschrijven wat ik wel en niet zie. Aan de hand van een paar voorbeelden probeer ik het vaak te beschrijven, maar het blijft voor anderen lastig om voor te stellen hoe het is om met deze beperking te leven, zij hebben er immers geen ervaring mee. Dichtbij kan ik dingen goed zien, maar veraf zie ik heel weinig. Ik kan op afstand dingen niet lezen, en ook mensen herkennen op afstand is voor mij erg lastig. Ik zie dan wel mensen staan, maar kan niet zien wie het zijn. Ook mensen vinden in een drukke omgeving is vaak lastig. Dingen als ondertiteling lezen bij een film kan ik niet. Dichtbij kan ik de meeste dingen gelukkig wel goed zien.'

‘Ik zie maar 25% in totaal, met één oog zie ik zelfs maar 12%.’

'Hoeveel last heb jij van jouw functiebeperking in het dagelijks leven?'
'Ik ben al mijn hele leven slechtziend dus ik weet niet beter. In principe kan ik met alles meedoen, maar sommige dingen zijn voor mij wat lastiger of kosten meer moeite. Mezelf oriënteren op drukke, donkere of onbekende plekken kost bijvoorbeeld veel energie. Dingen die voor anderen vaak vanzelfsprekend zijn, zoals bijvoorbeeld fietsen door een drukke stad, zijn dat voor mij niet altijd. Soms doe ik minder of op een andere manier met dingen mee, maar het weerhoudt me niet om nieuwe dingen te proberen.'

'Ervaar jij problemen tijdens de studie?'
'Met een paar kleine aanpassingen ervaar ik weinig problemen. Ik kan het scherm tijdens de colleges in de zalen of tijdens vaardigheidsonderwijs niet altijd goed lezen. Ik moet daarom ook zo veel mogelijk vooraan in een lokaal gaan zitten. Tijdens colleges heb ik mijn eigen laptop met de slides dan naast mij staan, zodat ik toch goed mee kan doen. Af en toe vraag ik aan mensen; wat staat daar precies? Verder heb ik voor de MT-lessen mijn eigen bloeddrukmeter gekocht. De normale is voor mij niet leesbaar. Dat zijn dingen die je niet van tevoren weet, waar je tegenaan loopt en vervolgens op zoek gaat naar een oplossing.'

‘Zij vroegen aan mij wat ik van hen nodig had, maar ik had nog geen idee.’

'Heb jij hulp gehad vanuit de opleiding of iemand anders?'
'Ik heb voordat ik hier kwam studeren veel gezocht naar wat de mogelijkheden voor mij waren. Daarnaast heb ik met de SMF (studeren met een functiebeperking) en de studieadviseur contact gehad. Zij vroegen aan mij wat ik van hen nodig had, maar ik had nog geen idee. Ik wist niet wat ik moest verwachten en waar ik eventueel tegenaan zou lopen. Het enige wat ik wist is dat ik graag verlengde tijd wilde bij tentamens zoals ik ook op de middelbare school had. Dat heb ik ook gekregen. Ik moest aan het begin van de studie na elk tentamen contact met de studieadviseur opnemen. Het ging gelukkig allemaal heel goed en na een aantal keer heb ik gezegd dat ik het nut er niet meer zo van in zag en weer contact op zou nemen als ik ergens tegenaan zou lopen. Ik heb het gevoel dat als ik ergens mee zit ik wel bij hen terecht kan.'

'Buiten de opleiding zijn er ook mensen waar ik terecht kan als ik ergens mee zit. Zo kan ik altijd bij mijn ouders aangeven als iets niet lukt en helpen ze me om een oplossing te vinden. Een aantal goede vrienden zijn ook goed op de hoogte van mijn situatie en bij hen kan ik ook altijd terecht, ook als ik er even met iemand over wil praten of bijvoorbeeld mijn frustraties wil uiten.'

'Heb jij vervelende ervaringen gehad?'
'Ik heb gelukkig nooit negatieve reacties gehad wanneer ik mijn verhaal deel. Ik kan me ook weinig vervelende situaties herinneren. Wel is het soms vervelend als mensen mijn aandoening vergeten en ik hen er steeds opnieuw aan moet herinneren. Op de middelbare school bijvoorbeeld kwam het wel eens voor dat ik elke les opnieuw moest vragen of de docent groter wilde schrijven of bijvoorbeeld een zwarte stift wilde gebruiken in plaats van een groene. Op de studie heb ik zulke situaties gelukkig nog nooit meegemaakt.'

'Waarom doe je soms met dingen minder mee?'
'Het is niet per se dat ik niet mee ga of mee doe met activiteiten, maar sommige dingen gaan lastiger omdat ik minder kan zien. Ik moet soms eerst nadenken over of iets kan en hoe dan. Ik kan bijvoorbeeld niet naar een 3D film omdat ik geen diepte zie. Met dit soort dingen moet ik wel rekening houden. Ook onbekende plekken of als het donker is, dat is lastig voor mij en hier moet ik van tevoren over nadenken. Het is ook afhankelijk van met wat voor mensen ik ben. Als ik met goede vrienden ben dan zijn zij op de hoogte van mijn situatie en dan durf ik het hen ook te zeggen als ik iets niet zie.'

'Hoe ga jij met jouw slechtziendheid om en hoe wil jij dat mensen met jou omgaan?'
'Vroeger wilde ik het altijd zo veel mogelijk vermijden. Ik wilde zijn zoals alle anderen en heb daarom ook niet alle aangeboden hulp en hulpmiddelen geaccepteerd. Ik wilde niet met mijn slechtziendheid geconfronteerd worden. Dit is het afgelopen jaar veranderd en nu ben ik er meer open over. Het is nu goed als mensen van mijn beperking af weten, dan kunnen zij er ook rekening mee houden. Ik zoek zelf ook steeds meer op over mijn oogafwijking. Als we colleges hebben over het oog vind ik dat nog steeds wel confronterend, maar tegelijkertijd ook interessant.'
Ik heb het wel altijd fijn gevonden als mensen op de hoogte waren van mijn beperking zodat ze kunnen begrijpen als iets mij niet goed lukt. Als ik in een nieuwe klas, studiegroep of commissie kwam heb ik meestal wel aan het begin al gezegd dat ik een visuele beperking heb zodat mensen ervan af weten. Dit vind ik wel vervelend om te moeten doen, want je wilt je niet direct voorstellen als iemand met een beperking en je wilt niet gelijk in een hokje geplaatst worden.'

‘Ik moet altijd nadenken over of iets kan en hoe dan.’

'Is het fijn als mensen vragen stellen?'
'Vroeger vond ik het heel confronterend als mensen vragen stelden en had ik dat ook liever niet. Maar nu vind ik het juist goed als mensen uit interesse vragen stellen. Ik ben gaan inzien dat het soms ook handig is als mensen mij kunnen helpen met kleine dingen. Daarvoor moeten ze natuurlijk wel op de hoogte zijn van mijn situatie.'

'Wat is er confronterend?'
'Dat ik anders ben dan anderen en dat ik minder kan, vooral ook voor later dat er minder dingen mogelijk zijn. Het is vooral ook confronterend als mensen zonder een beperking dingen doen die ik niet kan of nooit zal kunnen. Ik wil graag net als iedereen zijn maar dat lukt niet altijd.'

'Hoe vind je het om je verhaal hier te delen?'
'Ik denk dat ik dit een jaar geleden niet had gedaan. Nu voelt het goed om mijn verhaal te delen. Het is een goede stap voor mij dat ik er over kan nadenken en vertellen. Ik heb geen seconde getwijfeld. Misschien zijn er wel medestudenten met een beperking die herkenning kunnen vinden in mijn verhaal.' 

‘Ik kan dan geen huisarts of chirurg worden…’

'Zijn er dingen die je echt niet kan?'

'Ik kan waarschijnlijk nooit autorijden en daarin voel ik me wel beperkt. Ik ben nu wel bezig met een traject om te kijken of ik met hulpmiddelen toch kan autorijden. Er is bijvoorbeeld een speciaal kijkertje voor op je bril waarmee je dan wel borden kan lezen. Het is momenteel nog erg onzeker of dit in mijn specifieke situatie mogelijk is of niet. Die onzekerheid vind ik erg moeilijk. Verder ben ik in mijn beroepskeuze ook beperkt. Ik kan bijvoorbeeld geen huisarts of chirurg worden en ook met diensten lijkt het mij erg onhandig. Er wordt op deze manier deels voor je gekozen.'

'Ik heb hier wel eens over nagedacht, ook al voordat ik aan de studie begon. Toch wilde ik doen wat ik echt leuk vind en dat is geneeskunde. Ik laat mij niet belemmeren door mijn slechtziendheid en bij problemen probeer ik een oplossing te zoeken.'

'Bij jou is het deels zichtbaar maar ook grotendeels niet, hoe is dit?'
'De nystagmus is deels zichtbaar maar verder zie je niks aan de buitenkant. Dit heeft zijn voor- en nadelen. Enerzijds is het een voordeel als mensen er niet vanaf weten want als ze niks merken en ik dingen gewoon mee kan doen, hoef ik niet opnieuw mijn verhaal uit te leggen. Dan kan ik gewoon net als de rest zijn. Aan de andere kant kan het ook een nadeel zijn dat het niet zichtbaar is omdat mensen er dan vanuit kunnen gaan dat ik ben zoals alle anderen, terwijl ik wel een beperking heb. Het is bijvoorbeeld op momenten dat ik super dicht op mijn beeldscherm zit voor de buitenwereld heel raar waarom ik dat doe, zij snappen dit dan niet omdat ze niet van mijn situatie afweten. Omdat het niet op het eerste gezicht te zien is kunnen mensen pas rekening met mij houden als ik zelf aangeef een visuele beperking te hebben.'

'Hoe zie jij jouw toekomst voor je?'
'Er komen echt wel moeilijkheden maar dan kom ik daar wel doorheen. Ik laat mij niet door mijn beperking belemmeren. Met verschillende aanpassingen zijn er de mogelijkheden om de dingen te doen die ik graag wil. Ik vind de studie tot nu toe mega interessant, ik heb het erg naar mijn zin en haal goede cijfers. Het zal misschien moeilijker worden in de coschappen maar dat zie ik dan wel. Ik denk nog niet zo ver vooruit wat betreft mijn beperking. Ik houd er wel rekening mee dat er moeilijkheden kunnen optreden, maar als die komen dan zie ik dat tegen die tijd wel en probeer ik dan een oplossing te vinden.'

'Is er een specialisme waar je van droomt?'
'Nu zou ik graag endocrinoloog willen worden, maar andere specialismen vind ik ook heel interessant dus niks staat nog vast.'

'Heb je tips voor andere studenten?'
'Aan de studenten die geen beperking hebben wil ik meegeven om rekening met de beperking te houden. Het is ook goed om vragen te stellen maar je moet er niet teveel nadruk op leggen. Maar het ligt wel aan de persoon zelf, sommigen vinden het fijn om erover te praten en anderen niet. Als je dit aangeeft weten anderen ook of je het fijn vind om vragen te krijgen of dat juist liever niet hebt. Nu ben ik er veel opener over dan een aantal jaren geleden en vind ik het geen probleem als mensen uit interesse vragen stellen.'

'Aan studenten die er zelf mee kampen wil ik meegeven om er open over te zijn. Dat heeft het voor mij een stuk makkelijker gemaakt. Het is fijn als mensen op de hoogte zijn van je situatie zodat ze je kunnen helpen bij dingen maar je ook bij ze terecht kan om bijvoorbeeld je frustraties te uiten. Ook heeft het mij geholpen mijzelf te verdiepen in wat er aan de hand is.'

‘Ik laat mij niet door mijn beperking belemmeren.’

Partners